Woordenlijst

Gebruikelijke Franse uitdrukkingen bij banken

Woordenlijst

Dit overzicht legt de belangrijkste termen en uitdrukkingen uit die gebruikt worden in de Franse banksector.

 Banque = bank

 Billets = bankbiljetten
 CB (carte bleue) = algemene term voor alle betaalkaarten in Frankrijk (zowel pinpassen als creditcards)
 CEP (Compte d'Epargne Logement) = lange-termijn spaarrekening
 Change = wisselgeld
 Compte courant = lopende rekening
 Compte d'épargne = spaarrekening
 Découvert = rood staan
 Distributeur = ATM (geld)automaat
 Encaissement = inning (van een cheque)
 Guichets automatiques = ATM (geld)automaat

 LDD (Livret de développement durable) = ‘Boekje’ van duurzame ontwikkeling

 Livret (or properly Compte d'Epargne sur le Livret) = spaarrekening

Opposition = stoppen van een betaalopdracht

 Payer en espèces/en liquide = contant betalen

 PEL (Plan d'Epargne Logement) = lange-termijn spaarrekening
 PIN (Personal Identification Number)= 4-cijferige code die de betaalkaart beveiligt

 RIB (Relevé d'Identité Bancaire) = bankgegevens

 Relevé de compte = rekeningafschrift
 Pièces = coins
 Solde = saldo
 TIP (Titre Interbancaire de Paiement)= Interbancaire betaling, soort acceptgiro; na het verstrekken van je bankgegevens kan je rekeningen ontvangen met een afneembare kaartje genaamd TIP. Hierop zijn het te betalen bedrag en je bankgegevens vermeld. Om een betaling te doen dateer en onderteken je het en zend je het vervolgens naar get gespecificeerde adres.

 Virement = overschrijvingen

Lees meer

Was dit artikel nuttig?

Heeft u opmerkingen, updates of vragen over dit onderwerp? Stel hier uw vraag: